Het theorie examen auto bestaat uit drie onderdelen: gevaarherkenning, kennis en inzicht.
Hieronder leggen we per onderdeel uit wat je kunt verwachten.
Onderdeel 1: gevaarherkenning
Wat is gevaarherkenning
Het onderdeel gevaarherkenning maakt deel uit van het theorie examen en bestaat uit 25 vragen. Voor iedere vraag heb je 8 seconden de tijd. Tijdens dit onderdeel wordt getoetst of je gevaar kan herkennen in verschillende situaties en of je juist kunt handelen. Bij de vragen van het onderdeel gevaarherkenning zijn altijd drie antwoordmogelijkheden: remmen, gas loslaten of niets doen. Je kiest voor remmen als er direct gevaar dreigt. Je kiest voor gas loslaten als er mogelijk een gevaarlijke situatie kan ontstaan en je kies voor niets doen als er helemaal geen gevaarlijke situatie is.
Hoe bepaal je voor welke antwoordmogelijkheid je kiest?
Bij iedere vraag van het onderdeel gevaarherkenning zie je een afbeelding, waarop soms mogelijk gevaar is afgebeeld. Bijna altijd is het een afbeelding gezien vanuit een auto, dus alsof je achter het stuur zit.
Om te bepalen welke antwoordmogelijkheid je kiest, moet je rekening houden met de volgende dingen:
- Hoe snel rijd je? Of sta je stil?
- Wat gebeurt er achter je? Kijk hiervoor in de spiegels.
- Op wat voor soort weg rijd je? Ben je binnen of buiten de bebouwde kom? Kun je tegenliggers verwachten?
- Zijn er weggebruikers om je heen? Kun je ze allemaal goed zien aankomen? Welke andere weggebruikers zijn er? Zijn er andere weggebruikers met speciale regels rondom je (bijvoorbeeld een tram)?
- Met welke tekens en borden heb je te maken? Zijn er haaientanden op de weg? Is er een stoplicht? Hoe is de voorrangssituatie? Is er een spoorwegovergang en zo ja, knipperen de lichten?
- Hoe zijn de weersomstandigheden?
- Zijn er obstakels op de weg, bijvoorbeeld dieren of een voetbal?
Wanneer ga je voor remmen?
Je kiest voor remmen als er direct gevaar is waarop je moet anticiperen. Dit kan bijvoorbeeld gaan om:
- Je komt in een file terecht.
- Er ligt een bal op straat. Er is een grote kans dat er ergens kinderen aan het spelen zijn en de bal komen pakken.
- Overstekende dieren op de weg.
- Grote snelheidsverschillen tussen weggebruikers.
- Als je maken hebt met verkeerstekens of -regels waardoor je moet stoppen, zoals een stopbord.
Wanneer ga je voor gas loslaten?
Je kiest voor gas loslaten als er op dat moment niets aan de hand is, maar er wel een reden is waardoor er een gevaarlijke situatie kan ontstaan. Dit is bijvoorbeeld in de volgende situaties het geval:
- Er is een vrachtwagen in de buurt.
- Slecht weer, maar niet zo hevig dat er direct gevaar is.
- Dieren in de berm. Die gaan misschien wel oversteken, maar gaan dat nog niet doen.
- Wegversmallingen waarbij geen direct gevaar dreigt.
- Als je je snelheid moet aanpassen omdat waar je rijdt de snelheidslimiet verandert.
Wanneer ga je voor niets doen?
Als je de situatie goed kunt overzien en er is rondom je geen gevaar of een aanleiding waardoor er een gevaarlijke situatie kan ontstaan, dan kies je voor niets doen.
Kijk goed hoe snel je rijdt, wat er voor- en achter je gebeurt en met welke verkeersregels je te maken hebt. Als je niks hoeft aan te passen, is er geen gevaar en hoef je dus niets te doen.
Onderdeel 2: kennis
Bij het onderdeel kennis wordt getoetst of je genoeg kennis hebt van de regels die gelden in het verkeer. Het onderdeel bestaat uit 12 vragen en het gaat hier puur om feiten. Je moet bijvoorbeeld weten wat verkeersborden of verkeerstekens op de weg betekenen. Ook moet je voorrangssituaties weten. Verder moet je weten met welk voertuig je waar mag rijden, de maximale snelheid op verschillende soorten wegen etc. Er zijn allerlei verschillende soorten vragen: ja/nee vragen, soms moet je op de juiste afbeelding klikken en soms moet je een pijltje slepen naar de juiste plaats op de afbeelding. Bij dit onderdeel is er geen maximum tijd per vraag, maar je krijgt in totaal 8 minuten de tijd voor dit onderdeel.
Onderdeel 3: inzicht
Bij het onderdeel inzicht wordt getoetst of je de kennis die je hebt goed kunt toepassen. Je moet de kennis die je hebt samenbrengen met de praktijk. Dit onderdeel bestaat uit 28 vragen. Ook bij dit onderdeel is er geen tijdslimiet per vraag gesteld, maar wel een tijdslimiet voor alle vragen: in totaal heb je 16 minuten de tijd voor dit onderdeel. Dit onderwerp gaat over veel verschillende onderwerpen, namelijk:
- Gebruik van de weg
- Voorrang en voor laten gaan
- Bijzondere wegen, weggedeelten, weggebruikers en manoeuvres
- Veilig rijden met het voertuig en reageren in noodsituaties
- Verkeerstekens en aanwijzingen
- Verantwoorde verkeersdeelname en milieubewust rijden
- Voertuigkennis
Type vragen in het examen
Het CBR maakt gebruik van vijf verschillende type vragen: sleepvragen, single-sleepvragen, invulvragen, hotspotvragen en ja-nee meerkeuzevragen.
- Bij sleepvragen moet je meerdere antwoorden naar de juiste plaats in het voorbeeld slepen. De vraag kan bijvoorbeeld zijn wat de juiste volgorde is in een voorrangssituatie.
- Single sleepvragen werken hetzelfde als sleepvragen, maar dan hoef je maar één antwoord te verslepen. Je kunt bijvoorbeeld aangeven wie er voorrang heeft of waar een bepaald onderwerp betrekking op heeft.
- Bij invulvragen moet je zelf een antwoord invullen, het zijn open vragen. Je krijgt dus geen antwoordmogelijkheden te zien. Er kan bijvoorbeeld gevraagd worden naar de maximumsnelheid op een weg.
- In het geval van hotspotvragen krijg je verschillende afbeeldingen of symbolen te zijn. Je moet een keuze maken welke de juiste is. Dit kan bijvoorbeeld gaan om verschillende waarschuwingslampjes die je op je dashboard ziet.
- Bij ja/nee- en meerkeuzevragen krijg je verschillende antwoordmogelijkheden te zien waaruit je de goede moet kiezen.
Sleepvragen | Meerdere antwoorden naar juiste plaats in afbeelding slepen |
Single sleepvragen | Een antwoord naar de juiste plaats slepen |
Invulvragen | Zelf een antwoord invullen, zonder gegeven antwoordmogelijkheden |
Hotspotvragen | De juiste afbeelding of het juiste symbool aanklikken |
Ja/nee- of meerkeuzevragen | Een vraag met verschillende antwoordmogelijkheden waaruit je de juiste moet kiezen |
Voorbereiding voor het examen
Wil jij goed leren voor je examen? Maak dan zo veel mogelijk oefenexamens. Op theorie.nl vind je de beste oefenexamens. Je kunt er eindeloos oefenen en als je een vraag fout hebt krijg je een uitgebreide foutanalyse. Zo leer je ook echt van je fouten. Alle examens van theorie.nl zijn realistisch. Dat wil zeggen dat het vragen kunnen zijn die je ook op het echte examen kan krijgen. Verder krijg je evenveel tijd als bij het echte examen en kun je oefenen met alle onderdelen, dus ook gevaarherkenning.